Sommige mensen gaan maar een paar woorden nodig hebben om te begrijpen waar dit over gaat: Zomer, warm, kort rokje/short, wandeling, wrijving, BRAND TUSSEN DE BENEN (and not in a fun way).
Zo lang ik mij herinner, heb ik er last van. De binnenkant van mijn dijen dat tegen elkaar schuurt op warme dagen, waardoor ik er ’s avonds laat een ei op zou kunnen bakken. Een pijn die met weinig anders te vergelijken valt. Het zette altijd een domper op de zomer. Vooral omdat ik dacht dat het aan mij lag. Enkel chubby mensen kunnen hier toch last van hebben? ‘Normale’ mensen zullen toch wel zo gebouwd zijn dat daar geen frictie ontstaat? Dus het confronteerde me nog eens met mijn gewicht en dat in een periode van weinig kleren, waar ik sowieso al 60 keer onzekerder rondliep. Zeker toen een ‘thigh gap’ plots een ding werd, voelde ik me helemaal de uitzondering. (Als je geen idee hebt wat dat is – het is een soort ruimte tussen je bovenbenen, wat dan een schoonheidsideaal zou moeten zijn. Google het niet, want je wordt er niet blij van.)
Laatst was ik in een winkel dat ondergoed verkoopt. Een meisje voor mij aan de kassa kocht een shortje, maar vroeg of de kassierster het ticketje eraf kon halen, want ze ging het meteen aandoen onder haar kleedje. De kassierster bekeek haar erg vreemd (en lichtjes denigrerend). Ik voelde enkel sympathie en een soort verbondenheid. ‘I feel ya girlfriend’ dacht ik. Maar ik veralgemeende nog steeds niet.
Tot ik een paar maanden geleden iemand op Twitter zag praten over ‘chub rub’. Wat een prachtige benaming. Het kon over niets anders gaan als wat ik alle zomers van mijn leven voelde. Maar de persoon in kwestie was helemaal niet mollig en toch had zij daar blijkbaar ook last van. Dus misschien toch geen prachtige benaming. Ik besloot te googlen en het feest van herkenning begon. Ik vond tientallen artikels over wat veel mensen blijkbaar ervaren. Meer nog, er bestaan blijkbaar oplossingen.
Sommige artikels en testers zweren bij shortjes, dat wist ik al. Ook gebruiken mensen vreemde banden om rond je dijen te doen, poeder en een soort stick om erop te smeren. Oké, actie dus. Ik zou binnenkort naar Bali vertrekken op huwelijksreis, toch wel de plek en gelegenheid om er eens geen last van te hebben en toch kleedjes te kunnen dragen. Ik bestelde op goed geluk een stick die zou helpen. De eerste dag in Bali zouden we heel wat wandelen, in een héél warm en vochtig klimaat, ideale chubrubomstandigheden dus. Ik waagde het er meteen op, een kleedje – maar naast zonnecrème, bracht ik ook mijn nieuwe vriendje aan. Een soort deodorantstick voor de gevoelige plekken. Niet vettig, geen geur, geen rare brokken of vlekken. We gingen op pad tussen de rijstvelden, tempels en stranden. Pas ’s avonds dacht ik weer aan de binnenkant van mijn dijen. Het intens gelukzalig gevoel bij die gedachte, herhaalde zich de hele reis.
Terugkomen van vakantie is nooit makkelijk. Maar nu werd ik er zelfs een beetje boos van. Moet ik echt bijna 28 worden om te beseffen dat veel mensen dit aan de hand hebben? Dat er oplossingen voor bestaan? Waarom weet ik wél al jaren dat mijn poriën zogezegd te groot zijn, maar heb ik nooit met iemand gepraat over dit échte ‘ding’, dat mij hindert en pijn doet. Waarom heb ik daar nooit iets over gelezen? De oplossing is zo simpel, ze is niet groter dan een nokia-gsm, dus je hebt dat gewoon bij. Meer nog, blijkbaar gebruiken mensen die marathons lopen dit soort dingen ook, omdat ook zij last hebben van schurende lichaamsdelen. Blijkbaar heb ik dus toch iets met hen gemeen.
Anneliefs.
(Als je geen idee hebt waar het over ging, mijn excuses. Hieronder staat een tof prentje.)